Woordenlijst
Leer werkwoorden – Russisch

возвращаться
Он не может вернуться один.
vozvrashchat‘sya
On ne mozhet vernut‘sya odin.
teruggaan
Hij kan niet alleen teruggaan.

начинать
Путешественники начали рано утром.
nachinat‘
Puteshestvenniki nachali rano utrom.
beginnen
De wandelaars begonnen vroeg in de ochtend.

уезжать
Она уезжает на своей машине.
uyezzhat‘
Ona uyezzhayet na svoyey mashine.
wegrijden
Ze rijdt weg in haar auto.

выжимать
Она выжимает лимон.
vyzhimat‘
Ona vyzhimayet limon.
uitknijpen
Ze knijpt de citroen uit.

встречать
Иногда они встречаются на лестнице.
vstrechat‘
Inogda oni vstrechayutsya na lestnitse.
ontmoeten
Soms ontmoeten ze elkaar in het trappenhuis.

понимать
Я наконец понял задание!
ponimat‘
YA nakonets ponyal zadaniye!
begrijpen
Ik begreep eindelijk de taak!

покрывать
Кувшинки покрывают воду.
pokryvat‘
Kuvshinki pokryvayut vodu.
bedekken
De waterlelies bedekken het water.

печатать
Книги и газеты печатаются.
pechatat‘
Knigi i gazety pechatayutsya.
drukken
Boeken en kranten worden gedrukt.

развернуться
Вам нужно развернуть машину здесь.
razvernut‘sya
Vam nuzhno razvernut‘ mashinu zdes‘.
omdraaien
Je moet hier de auto omdraaien.

трогать
Он трогает ее нежно.
trogat‘
On trogayet yeye nezhno.
aanraken
Hij raakte haar teder aan.

чувствовать
Мать чувствует к своему ребенку много любви.
chuvstvovat‘
Mat‘ chuvstvuyet k svoyemu rebenku mnogo lyubvi.
voelen
De moeder voelt veel liefde voor haar kind.
