Woordenlijst

Leer werkwoorden – Kroatisch

cms/verbs-webp/123844560.webp
zaštititi
Kaciga bi trebala zaštititi od nesreća.
beschermen
Een helm moet tegen ongelukken beschermen.
cms/verbs-webp/121870340.webp
trčati
Sportaš trči.
rennen
De atleet rent.
cms/verbs-webp/42111567.webp
pogriješiti
Dobro razmisli da ne pogriješiš!
een fout maken
Denk goed na zodat je geen fout maakt!
cms/verbs-webp/70055731.webp
polaziti
Vlak polazi.
vertrekken
De trein vertrekt.
cms/verbs-webp/118483894.webp
uživati
Ona uživa u životu.
genieten
Ze geniet van het leven.
cms/verbs-webp/129244598.webp
ograničiti
Tijekom dijete morate ograničiti unos hrane.
beperken
Tijdens een dieet moet je je voedselinname beperken.
cms/verbs-webp/61389443.webp
ležati
Djeca leže zajedno na travi.
liggen
De kinderen liggen samen in het gras.
cms/verbs-webp/102397678.webp
objaviti
Oglasi se često objavljuju u novinama.
publiceren
Reclame wordt vaak in kranten gepubliceerd.
cms/verbs-webp/119289508.webp
zadržati
Možete zadržati novac.
houden
Je mag het geld houden.
cms/verbs-webp/118232218.webp
zaštititi
Djecu treba zaštititi.
beschermen
Kinderen moeten beschermd worden.
cms/verbs-webp/119335162.webp
kretati se
Zdravo je puno se kretati.
bewegen
Het is gezond om veel te bewegen.
cms/verbs-webp/102823465.webp
pokazati
Mogu pokazati vizu u svojoj putovnici.
tonen
Ik kan een visum in mijn paspoort tonen.