Woordenlijst
Leer werkwoorden – Duits

beachten
Verkehrsschilder muss man beachten.
opletten
Men moet opletten voor de verkeerstekens.

ausschlagen
Vorsicht, das Pferd kann ausschlagen!
schoppen
Pas op, het paard kan schoppen!

bedecken
Die Seerosen bedecken das Wasser.
bedekken
De waterlelies bedekken het water.

unterstützen
Wir unterstützen die Kreativität unseres Kindes.
ondersteunen
We ondersteunen de creativiteit van ons kind.

erforschen
Die Astronauten wollen das Weltall erforschen.
verkennen
De astronauten willen de ruimte verkennen.

entlassen
Der Chef hat ihn entlassen.
ontslaan
De baas heeft hem ontslagen.

verlorengehen
Heute ist mein Schlüssel verlorengegangen!
verdwalen
Mijn sleutel is vandaag verloren gegaan!

vorangehen
Der erfahrenste Wanderer geht immer voran.
leiden
De meest ervaren wandelaar leidt altijd.

wahrhaben
Manche Menschen möchten die Wahrheit nicht wahrhaben.
accepteren
Sommige mensen willen de waarheid niet accepteren.

bereichern
Gewürze bereichern unser Essen.
verrijken
Specerijen verrijken ons eten.

lesen
Ohne Brille kann ich nicht lesen.
lezen
Ik kan niet zonder bril lezen.
