Woordenlijst

Leer werkwoorden – Frans

cms/verbs-webp/124046652.webp
passer avant
La santé passe toujours avant tout !
voorgaan
Gezondheid gaat altijd voor!
cms/verbs-webp/47802599.webp
préférer
Beaucoup d’enfants préfèrent les bonbons aux choses saines.
verkiezen
Veel kinderen verkiezen snoep boven gezonde dingen.
cms/verbs-webp/117658590.webp
disparaître
De nombreux animaux ont disparu aujourd’hui.
uitsterven
Veel dieren zijn vandaag uitgestorven.
cms/verbs-webp/8451970.webp
discuter
Les collègues discutent du problème.
bespreken
De collega’s bespreken het probleem.
cms/verbs-webp/93150363.webp
réveiller
Il vient de se réveiller.
wakker worden
Hij is net wakker geworden.
cms/verbs-webp/129203514.webp
discuter
Il discute souvent avec son voisin.
kletsen
Hij kletst vaak met zijn buurman.
cms/verbs-webp/105623533.webp
devoir
On devrait boire beaucoup d’eau.
moeten
Men zou veel water moeten drinken.
cms/verbs-webp/118549726.webp
vérifier
Le dentiste vérifie les dents.
controleren
De tandarts controleert de tanden.
cms/verbs-webp/132125626.webp
persuader
Elle doit souvent persuader sa fille de manger.
overtuigen
Ze moet haar dochter vaak overtuigen om te eten.
cms/verbs-webp/74036127.webp
rater
L’homme a raté son train.
missen
De man heeft zijn trein gemist.
cms/verbs-webp/123170033.webp
faire faillite
L’entreprise fera probablement faillite bientôt.
failliet gaan
Het bedrijf gaat waarschijnlijk binnenkort failliet.
cms/verbs-webp/63457415.webp
simplifier
Il faut simplifier les choses compliquées pour les enfants.
vereenvoudigen
Je moet ingewikkelde dingen voor kinderen vereenvoudigen.