Woordenlijst
Leer werkwoorden – Engels (US)

demand
He is demanding compensation.
eisen
Hij eist compensatie.

marry
The couple has just gotten married.
trouwen
Het stel is net getrouwd.

like
She likes chocolate more than vegetables.
houden van
Ze houdt meer van chocolade dan van groenten.

stop
You must stop at the red light.
stoppen
Je moet stoppen bij het rode licht.

pursue
The cowboy pursues the horses.
achtervolgen
De cowboy achtervolgt de paarden.

press
He presses the button.
drukken
Hij drukt op de knop.

set up
My daughter wants to set up her apartment.
inrichten
Mijn dochter wil haar appartement inrichten.

mix
Various ingredients need to be mixed.
mengen
Verschillende ingrediënten moeten worden gemengd.

change
A lot has changed due to climate change.
veranderen
Veel is veranderd door klimaatverandering.

trust
We all trust each other.
vertrouwen
We vertrouwen elkaar allemaal.

accept
Some people don’t want to accept the truth.
accepteren
Sommige mensen willen de waarheid niet accepteren.
