Woordenlijst

Leer werkwoorden – Engels (US)

cms/verbs-webp/106515783.webp
destroy
The tornado destroys many houses.
vernielen
De tornado vernielt veel huizen.
cms/verbs-webp/118596482.webp
search
I search for mushrooms in the fall.
zoeken
Ik zoek paddenstoelen in de herfst.
cms/verbs-webp/86196611.webp
run over
Unfortunately, many animals are still run over by cars.
overrijden
Helaas worden er nog veel dieren overreden door auto’s.
cms/verbs-webp/113415844.webp
leave
Many English people wanted to leave the EU.
verlaten
Veel Engelsen wilden de EU verlaten.
cms/verbs-webp/20225657.webp
demand
My grandchild demands a lot from me.
vragen
Mijn kleinkind vraagt veel van mij.
cms/verbs-webp/65840237.webp
send
The goods will be sent to me in a package.
sturen
De goederen worden in een pakket naar mij gestuurd.
cms/verbs-webp/119952533.webp
taste
This tastes really good!
smaken
Dit smaakt echt goed!
cms/verbs-webp/81025050.webp
fight
The athletes fight against each other.
vechten
De atleten vechten tegen elkaar.
cms/verbs-webp/105934977.webp
generate
We generate electricity with wind and sunlight.
genereren
We genereren elektriciteit met wind en zonlicht.
cms/verbs-webp/49374196.webp
fire
My boss has fired me.
ontslaan
Mijn baas heeft me ontslagen.
cms/verbs-webp/35071619.webp
pass by
The two pass by each other.
voorbijgaan
De twee lopen elkaar voorbij.
cms/verbs-webp/102136622.webp
pull
He pulls the sled.
trekken
Hij trekt de slee.