Woordenlijst
Leer werkwoorden – Hindi

जा कर रुकना
डॉक्टर प्रतिदिन मरीज के पास जा कर रुकते हैं।
ja kar rukana
doktar pratidin mareej ke paas ja kar rukate hain.
langskomen
De artsen komen elke dag bij de patiënt langs.

छोड़ना
उन्होंने अपने बच्चे को स्टेशन पर गलती से छोड़ दिया।
chhodana
unhonne apane bachche ko steshan par galatee se chhod diya.
achterlaten
Ze hebben hun kind per ongeluk op het station achtergelaten.

संदर्भित करना
शिक्षक बोर्ड पर उदाहरण को संदर्भित करता है।
sandarbhit karana
shikshak bord par udaaharan ko sandarbhit karata hai.
verwijzen
De leraar verwijst naar het voorbeeld op het bord.

सुरक्षित करना
हेलमेट दुर्घटनाओं से सुरक्षित करने के लिए होना चाहिए।
surakshit karana
helamet durghatanaon se surakshit karane ke lie hona chaahie.
beschermen
Een helm moet tegen ongelukken beschermen.

प्रस्थान करना
ट्रेन प्रस्थान करती है।
prasthaan karana
tren prasthaan karatee hai.
vertrekken
De trein vertrekt.

मिलना
वे पहले इंटरनेट पर एक-दूसरे से मिले थे।
milana
ve pahale intaranet par ek-doosare se mile the.
ontmoeten
Ze ontmoetten elkaar voor het eerst op het internet.

नाश्ता करना
हम बिस्तर में नाश्ता करना पसंद करते हैं।
naashta karana
ham bistar mein naashta karana pasand karate hain.
ontbijten
We ontbijten het liefst op bed.

पहुंचना
विमान समय पर पहुंचा।
pahunchana
vimaan samay par pahuncha.
aankomen
Het vliegtuig is op tijd aangekomen.

मदद करना
सबने मिलकर टेंट लगाने में मदद की।
madad karana
sabane milakar tent lagaane mein madad kee.
helpen
Iedereen helpt de tent opzetten.

प्रस्थान करना
हमारे छुट्टी के मेहमान कल प्रस्थान करे।
prasthaan karana
hamaare chhuttee ke mehamaan kal prasthaan kare.
vertrekken
Onze vakantiegasten vertrokken gisteren.

बिगड़ना
आज सब कुछ बिगड़ रहा है!
bigadana
aaj sab kuchh bigad raha hai!
misgaan
Alles gaat vandaag mis!
