Woordenlijst

Leer werkwoorden – Tsjechisch

cms/verbs-webp/32180347.webp
rozebrat
Náš syn všechno rozebírá!
uit elkaar halen
Onze zoon haalt alles uit elkaar!
cms/verbs-webp/119847349.webp
slyšet
Neslyším tě!
horen
Ik kan je niet horen!
cms/verbs-webp/66787660.webp
malovat
Chci si vymalovat byt.
schilderen
Ik wil mijn appartement schilderen.
cms/verbs-webp/99455547.webp
přijmout
Někteří lidé nechtějí přijmout pravdu.
accepteren
Sommige mensen willen de waarheid niet accepteren.
cms/verbs-webp/99207030.webp
dorazit
Letadlo dorazilo včas.
aankomen
Het vliegtuig is op tijd aangekomen.
cms/verbs-webp/75195383.webp
být
Neměl bys být smutný!
zijn
Je moet niet verdrietig zijn!
cms/verbs-webp/108118259.webp
zapomenout
Už na jeho jméno zapomněla.
vergeten
Ze is nu zijn naam vergeten.
cms/verbs-webp/119404727.webp
dělat
Měl jste to udělat před hodinou!
doen
Dat had je een uur geleden moeten doen!
cms/verbs-webp/118485571.webp
dělat pro
Chtějí dělat něco pro své zdraví.
doen voor
Ze willen iets voor hun gezondheid doen.
cms/verbs-webp/15441410.webp
promluvit
Chce promluvit ke své kamarádce.
uitspreken
Ze wil zich uitspreken tegen haar vriend.
cms/verbs-webp/114379513.webp
pokrýt
Lekníny pokrývají vodu.
bedekken
De waterlelies bedekken het water.
cms/verbs-webp/82845015.webp
nahlásit
Všichni na palubě nahlásí kapitánovi.
melden
Iedereen aan boord meldt zich bij de kapitein.