Woordenlijst
Leer werkwoorden – Tsjechisch

těšit se
Děti se vždy těší na sníh.
verheugen
Kinderen verheugen zich altijd op sneeuw.

odstranit
Jak lze odstranit skvrnu od červeného vína?
verwijderen
Hoe kan men een rode wijnvlek verwijderen?

oženit se
Pár se právě oženil.
trouwen
Het stel is net getrouwd.

rozumět
Člověk nemůže rozumět všemu o počítačích.
begrijpen
Men kan niet alles over computers begrijpen.

sedět
V místnosti sedí mnoho lidí.
zitten
Er zitten veel mensen in de kamer.

cvičit
Pes je cvičen jí.
trainen
De hond wordt door haar getraind.

odvézt
Matka odveze dceru domů.
terugrijden
De moeder rijdt met de dochter terug naar huis.

projet
Vlak nás právě projíždí.
voorbijgaan
De trein gaat aan ons voorbij.

záviset
Je slepý a závisí na vnější pomoci.
afhangen van
Hij is blind en is afhankelijk van hulp van buitenaf.

přijít
Jsem rád, že jsi přišel!
komen
Ik ben blij dat je bent gekomen!

nechat stát
Dnes mnoho lidí musí nechat stát svá auta.
laten staan
Vandaag moeten velen hun auto’s laten staan.
