Woordenlijst
Leer werkwoorden – Tsjechisch

trénovat
Profesionální sportovci musí trénovat každý den.
trainen
Professionele atleten moeten elke dag trainen.

odstranit
Bager odstraňuje půdu.
verwijderen
De graafmachine verwijdert de grond.

dokázat
Chce dokázat matematický vzorec.
bewijzen
Hij wil een wiskundige formule bewijzen.

opakovat
Můj papoušek může opakovat mé jméno.
herhalen
Mijn papegaai kan mijn naam herhalen.

začít
Vojáci začínají.
beginnen
De soldaten beginnen.

vystěhovat se
Soused se vystěhuje.
verhuizen
De buurman verhuist.

lhát
Někdy člověk musí lhát v nouzové situaci.
liegen
Soms moet men liegen in een noodsituatie.

volat
Může volat pouze během své obědové pauzy.
bellen
Ze kan alleen bellen tijdens haar lunchpauze.

diskutovat
Kolegové diskutují o problému.
bespreken
De collega’s bespreken het probleem.

trávit
Veškerý svůj volný čas tráví venku.
doorbrengen
Ze brengt al haar vrije tijd buiten door.

volat
Chlapec volá tak nahlas, jak může.
roepen
De jongen roept zo luid als hij kan.
