Woordenlijst
Leer werkwoorden – Tsjechisch
studovat
Na mé univerzitě studuje mnoho žen.
studeren
Er studeren veel vrouwen aan mijn universiteit.
ochutnat
Hlavní kuchař ochutnává polévku.
proeven
De chef-kok proeft de soep.
stačit
Salát mi na oběd stačí.
genoeg zijn
Een salade is voor mij genoeg voor de lunch.
projet
Vlak nás právě projíždí.
voorbijgaan
De trein gaat aan ons voorbij.
setkat se
Poprvé se setkali na internetu.
ontmoeten
Ze ontmoetten elkaar voor het eerst op het internet.
šetřit
Dívka šetří své kapesné.
sparen
Het meisje spaart haar zakgeld.
dát
Otec chce svému synovi dát nějaké peníze navíc.
geven
De vader wil zijn zoon wat extra geld geven.
existovat
Dinosauři dnes již neexistují.
bestaan
Dinosaurussen bestaan tegenwoordig niet meer.
odvážit se
Neodvážím se skočit do vody.
durven
Ik durf niet in het water te springen.
ocitnout se
Jak jsme se ocitli v této situaci?
terechtkomen
Hoe zijn we in deze situatie terechtgekomen?
chránit
Děti musí být chráněny.
beschermen
Kinderen moeten beschermd worden.