Woordenlijst

Leer werkwoorden – Sloveens

cms/verbs-webp/115291399.webp
želesti
Preveč si želi!
willen
Hij wil te veel!
cms/verbs-webp/74036127.webp
zamuditi
Možakar je zamudil svoj vlak.
missen
De man heeft zijn trein gemist.
cms/verbs-webp/68779174.webp
zastopati
Odvetniki na sodišču zastopajo svoje stranke.
vertegenwoordigen
Advocaten vertegenwoordigen hun cliënten in de rechtbank.
cms/verbs-webp/94153645.webp
jokati
Otrok joka v kadi.
huilen
Het kind huilt in het bad.
cms/verbs-webp/119501073.webp
ležati nasproti
Tam je grad - leži ravno nasproti!
tegenover liggen
Daar is het kasteel - het ligt er recht tegenover!
cms/verbs-webp/98977786.webp
poimenovati
Koliko držav lahko poimenuješ?
noemen
Hoeveel landen kun je noemen?
cms/verbs-webp/78063066.webp
hraniti
Denar hranim v nočni omarici.
bewaren
Ik bewaar mijn geld in mijn nachtkastje.
cms/verbs-webp/79404404.webp
potrebovati
Sem žejen, potrebujem vodo!
nodig hebben
Ik heb dorst, ik heb water nodig!
cms/verbs-webp/122153910.webp
deliti
Gospodinjska dela si delijo med seboj.
verdelen
Ze verdelen het huishoudelijk werk onder elkaar.
cms/verbs-webp/62788402.webp
podpreti
Z veseljem podpremo vašo idejo.
onderschrijven
We onderschrijven graag uw idee.
cms/verbs-webp/1502512.webp
brati
Brez očal ne morem brati.
lezen
Ik kan niet zonder bril lezen.
cms/verbs-webp/118549726.webp
preveriti
Zobozdravnik preverja zobe.
controleren
De tandarts controleert de tanden.