Woordenlijst

Leer werkwoorden – Hausa

cms/verbs-webp/104759694.webp
rika so
Da yawa suna rikin samun kyakkyawar zamani a Turai.
hopen
Velen hopen op een betere toekomst in Europa.
cms/verbs-webp/853759.webp
sayar
Kayan aikin ana sayarwa.
uitverkopen
De koopwaar wordt uitverkocht.
cms/verbs-webp/89516822.webp
hukunta
Ta hukunta ɗiyarta.
straffen
Ze strafte haar dochter.
cms/verbs-webp/85968175.webp
haska
Mota biyu sun haska a hatsarin mota.
beschadigen
Twee auto’s raakten beschadigd bij het ongeluk.
cms/verbs-webp/79322446.webp
nuna
Ya nuna matar sabuwar shi ga iyayensa.
voorstellen
Hij stelt zijn nieuwe vriendin voor aan zijn ouders.
cms/verbs-webp/55372178.webp
ci gaba
Kusu suna cewa hanya ta ci gaba ne sosai.
vooruitgang boeken
Slakken boeken alleen langzame vooruitgang.
cms/verbs-webp/115172580.webp
tabbatar
Yana so ya tabbatar da shawarar littafi.
bewijzen
Hij wil een wiskundige formule bewijzen.
cms/verbs-webp/123203853.webp
haifar
Sha‘awa zai haifar da ciwo na kai.
veroorzaken
Alcohol kan hoofdpijn veroorzaken.
cms/verbs-webp/91147324.webp
raya
An raya mishi da medal.
belonen
Hij werd beloond met een medaille.
cms/verbs-webp/104135921.webp
shiga
Yana shiga dakin hotel.
binnenkomen
Hij komt de hotelkamer binnen.
cms/verbs-webp/129244598.webp
maida
A lokacin azurfa, akwai buƙatar a maida abincin da ake ci.
beperken
Tijdens een dieet moet je je voedselinname beperken.
cms/verbs-webp/62069581.webp
aika
Ina aikaku wasiƙa.
sturen
Ik stuur je een brief.