Woordenlijst

Leer werkwoorden – Hausa

cms/verbs-webp/116358232.webp
faru
Abin da ba ya dadi ya faru.
gebeuren
Er is iets ergs gebeurd.
cms/verbs-webp/102631405.webp
manta
Ba ta son manta da naka ba.
vergeten
Ze wil het verleden niet vergeten.
cms/verbs-webp/97335541.webp
yin sharhi
Ya yin sharhi akan siyasa kowacce rana.
becommentariëren
Hij becommentarieert elke dag de politiek.
cms/verbs-webp/93221279.webp
wuta
Wuta take wuta a cikin wutar ƙasa.
branden
Er brandt een vuur in de open haard.
cms/verbs-webp/44848458.webp
tsaya
Dole ne ka tsaya a maɗaukacin haske.
stoppen
Je moet stoppen bij het rode licht.
cms/verbs-webp/119302514.webp
kira
Yarinyar ta kira abokinta.
bellen
Het meisje belt haar vriendin.
cms/verbs-webp/102731114.webp
buga
Mai girki ya buga littattafai da yawa.
publiceren
De uitgever heeft veel boeken gepubliceerd.
cms/verbs-webp/129945570.webp
amsa
Ta amsa da tambaya.
antwoorden
Ze antwoordde met een vraag.
cms/verbs-webp/57248153.webp
gaya
Maigida ya gaya cewa zai sa shi fita.
vermelden
De baas vermeldde dat hij hem zal ontslaan.
cms/verbs-webp/110775013.webp
rubuta
Ta so ta rubuta ra‘ayinta kan kasuwancinta.
opschrijven
Ze wil haar zakelijk idee opschrijven.
cms/verbs-webp/119235815.webp
so
Ita kadai ta so dobbinsa yadda ya kamata.
houden van
Ze houdt echt veel van haar paard.
cms/verbs-webp/95938550.webp
kai tare
Mu ka kai itacewar Kirsimeti tare da mu.
meenemen
We hebben een kerstboom meegenomen.