Woordenlijst

Leer werkwoorden – Hausa

cms/verbs-webp/120870752.webp
cire
Yaya zai cire wani kifi mai girma?
trekken
Hoe gaat hij die grote vis eruit trekken?
cms/verbs-webp/112444566.webp
magana
Wani ya kamata ya magana da shi; ya kasance tare da damuwa.
praten met
Iemand zou met hem moeten praten; hij is zo eenzaam.
cms/verbs-webp/99455547.webp
yarda
Wasu mutane ba su son yarda da gaskiya.
accepteren
Sommige mensen willen de waarheid niet accepteren.
cms/verbs-webp/90539620.webp
wuce
Lokaci a lokacin yana wuce da hankali.
voorbijgaan
De tijd gaat soms langzaam voorbij.
cms/verbs-webp/40326232.webp
fahimta
Na fahimci aikin yanzu!
begrijpen
Ik begreep eindelijk de taak!
cms/verbs-webp/115153768.webp
gani
Ina ganin komai kyau ta hanyar madogarata ta sabo.
duidelijk zien
Ik kan alles duidelijk zien door mijn nieuwe bril.
cms/verbs-webp/86196611.webp
kashe
Ba da dadewa, wasu dabbobi suna kashe da mota.
overrijden
Helaas worden er nog veel dieren overreden door auto’s.
cms/verbs-webp/124053323.webp
aika
Ya aika wasiƙa.
sturen
Hij stuurt een brief.
cms/verbs-webp/132305688.webp
raba
A ba zama a rabu da nauyin.
verspillen
Energie mag niet verspild worden.
cms/verbs-webp/118861770.webp
jin tsoro
Yaron yana jin tsoro a dakin daji.
bang zijn
Het kind is bang in het donker.
cms/verbs-webp/51465029.webp
gudu
Agogo ta gudu dakika dayawa.
achterlopen
De klok loopt een paar minuten achter.
cms/verbs-webp/71612101.webp
shiga
Jirgin tsaro ya shigo steshon nan yanzu.
binnenkomen
De metro is net het station binnengekomen.