Woordenlijst

Leer werkwoorden – Litouws

cms/verbs-webp/101383370.webp
išeiti
Merginos mėgsta kartu išeiti.
uitgaan
De meisjes gaan graag samen uit.
cms/verbs-webp/80332176.webp
pabraukti
Jis pabrėžė savo teiginį.
onderstrepen
Hij onderstreepte zijn uitspraak.
cms/verbs-webp/40326232.webp
suprasti
Galiausiai supratau užduotį!
begrijpen
Ik begreep eindelijk de taak!
cms/verbs-webp/1422019.webp
pakartoti
Mano papūga gali pakartoti mano vardą.
herhalen
Mijn papegaai kan mijn naam herhalen.
cms/verbs-webp/106203954.webp
naudoti
Gaisre naudojame kaukes nuo dūmų.
gebruiken
We gebruiken gasmaskers in het vuur.
cms/verbs-webp/115172580.webp
įrodyti
Jis nori įrodyti matematinę formulę.
bewijzen
Hij wil een wiskundige formule bewijzen.
cms/verbs-webp/119188213.webp
balsuoti
Rinkėjai šiandien balsuoja dėl savo ateities.
stemmen
De kiezers stemmen vandaag over hun toekomst.
cms/verbs-webp/123367774.webp
rūšiuoti
Man dar reikia rūšiuoti daug popieriaus.
sorteren
Ik heb nog veel papieren te sorteren.
cms/verbs-webp/41935716.webp
pasiklysti
Miske lengva pasiklysti.
verdwalen
Het is gemakkelijk om in het bos te verdwalen.
cms/verbs-webp/125088246.webp
imituoti
Vaikas imituoja lėktuvą.
imiteren
Het kind imiteert een vliegtuig.
cms/verbs-webp/100011930.webp
pasakyti
Ji jai pasako paslaptį.
vertellen
Ze vertelt haar een geheim.
cms/verbs-webp/121870340.webp
bėgti
Sportininkas bėga.
rennen
De atleet rent.