Woordenlijst

Leer werkwoorden – Litouws

cms/verbs-webp/74916079.webp
atvykti
Jis atvyko laiku.
aankomen
Hij kwam net op tijd aan.
cms/verbs-webp/63645950.webp
bėgti
Ji kas rytą bėga ant paplūdimio.
rennen
Ze rent elke ochtend op het strand.
cms/verbs-webp/115224969.webp
atleisti
Aš atleidžiu jam jo skolas.
vergeven
Ik vergeef hem zijn schulden.
cms/verbs-webp/105854154.webp
riboti
Tvoros riboja mūsų laisvę.
begrenzen
Hekken begrenzen onze vrijheid.
cms/verbs-webp/87142242.webp
pakaboti
Hamakas pakabotas nuo lubų.
hangen
De hangmat hangt aan het plafond.
cms/verbs-webp/59250506.webp
pasiūlyti
Ji pasiūlė palaitinti gėles.
aanbieden
Ze bood aan de bloemen water te geven.
cms/verbs-webp/102853224.webp
sujungti
Kalbų kursas sujungia studentus iš viso pasaulio.
samenbrengen
De taalcursus brengt studenten van over de hele wereld samen.
cms/verbs-webp/103797145.webp
samdyti
Įmonė nori samdyti daugiau žmonių.
aannemen
Het bedrijf wil meer mensen aannemen.
cms/verbs-webp/46385710.webp
priimti
Čia priimamos kreditinės kortelės.
accepteren
Creditcards worden hier geaccepteerd.
cms/verbs-webp/118008920.webp
prasidėti
Mokykla tik prasideda vaikams.
beginnen
School begint net voor de kinderen.
cms/verbs-webp/53284806.webp
galvoti kitaip
Norint būti sėkmingam, kartais reikia galvoti kitaip.
out-of-the-box denken
Om succesvol te zijn, moet je soms out-of-the-box denken.
cms/verbs-webp/123213401.webp
nekęsti
Du berniukai vienas kito nekenčia.
haten
De twee jongens haten elkaar.