Woordenlijst

Leer werkwoorden – Duits

cms/verbs-webp/81973029.webp
veranlassen
Sie werden ihre Scheidung veranlassen.
initiëren
Ze zullen hun scheiding initiëren.
cms/verbs-webp/120801514.webp
fehlen
Du wirst mir so sehr fehlen!
missen
Ik zal je zo erg missen!
cms/verbs-webp/99207030.webp
eintreffen
Das Flugzeug ist pünktlich eingetroffen.
aankomen
Het vliegtuig is op tijd aangekomen.
cms/verbs-webp/113393913.webp
vorfahren
Die Taxis sind an der Haltestelle vorgefahren.
arriveren
De taxi’s zijn bij de halte gearriveerd.
cms/verbs-webp/36190839.webp
bekämpfen
Die Feuerwehr bekämpft den Brand aus der Luft.
bestrijden
De brandweer bestrijdt het vuur vanuit de lucht.
cms/verbs-webp/33463741.webp
öffnen
Kannst du bitte diese Dose für mich öffnen?
openen
Kun je dit blikje voor me openen?
cms/verbs-webp/119747108.webp
essen
Was wollen wir heute essen?
eten
Wat willen we vandaag eten?
cms/verbs-webp/34725682.webp
vorschlagen
Die Frau schlägt ihrer Freundin etwas vor.
voorstellen
De vrouw stelt iets voor aan haar vriendin.
cms/verbs-webp/99169546.webp
blicken
Alle blicken auf ihr Handy.
kijken
Iedereen kijkt naar hun telefoons.
cms/verbs-webp/80116258.webp
bewerten
Er bewertet die Leistung des Unternehmens.
evalueren
Hij evalueert de prestaties van het bedrijf.
cms/verbs-webp/104820474.webp
klingen
Ihre Stimme klingt phantastisch!
klinken
Haar stem klinkt fantastisch.
cms/verbs-webp/106088706.webp
aufstehen
Sie kann nicht mehr allein aufstehen.
opstaan
Ze kan niet meer zelfstandig opstaan.