Woordenlijst

Leer werkwoorden – Duits

cms/verbs-webp/18316732.webp
durchfahren
Das Auto durchfährt einen Baum.
doorrijden
De auto rijdt door een boom.
cms/verbs-webp/124575915.webp
verbessern
Sie will ihre Figur verbessern.
verbeteren
Ze wil haar figuur verbeteren.
cms/verbs-webp/112970425.webp
sich aufregen
Sie regt sich auf, weil er immer schnarcht.
boos worden
Ze wordt boos omdat hij altijd snurkt.
cms/verbs-webp/63351650.webp
annullieren
Der Flug ist annulliert.
annuleren
De vlucht is geannuleerd.
cms/verbs-webp/129203514.webp
plaudern
Er plaudert oft mit seinem Nachbarn.
kletsen
Hij kletst vaak met zijn buurman.
cms/verbs-webp/114993311.webp
sehen
Durch eine Brille kann man besser sehen.
zien
Je kunt beter zien met een bril.
cms/verbs-webp/106665920.webp
empfinden
Die Mutter empfindet viel Liebe für ihr Kind.
voelen
De moeder voelt veel liefde voor haar kind.
cms/verbs-webp/124525016.webp
zurückliegen
Die Zeit ihrer Jugend liegt lange zurück.
achterliggen
De tijd van haar jeugd ligt ver achter haar.
cms/verbs-webp/74176286.webp
behüten
Die Mutter behütet ihr Kind.
beschermen
De moeder beschermt haar kind.
cms/verbs-webp/123786066.webp
trinken
Sie trinkt Tee.
drinken
Ze drinkt thee.
cms/verbs-webp/1502512.webp
lesen
Ohne Brille kann ich nicht lesen.
lezen
Ik kan niet zonder bril lezen.
cms/verbs-webp/3270640.webp
verfolgen
Der Cowboy verfolgt die Pferde.
achtervolgen
De cowboy achtervolgt de paarden.