Woordenlijst
Leer werkwoorden – Hebreeuws

מדבר
הוא מדבר הרבה עם השכן שלו.
mdbr
hva mdbr hrbh ’em hshkn shlv.
kletsen
Hij kletst vaak met zijn buurman.

מאמינים
הרבה אנשים מאמינים באלוהים.
mamynym
hrbh anshym mamynym balvhym.
geloven
Veel mensen geloven in God.

לחזור
האב חזר מהמלחמה.
lhzvr
hab hzr mhmlhmh.
terugkeren
De vader is teruggekeerd uit de oorlog.

לחסוך
הילדים שלי חסכו את הכסף שלהם.
lhsvk
hyldym shly hskv at hksp shlhm.
sparen
Mijn kinderen hebben hun eigen geld gespaard.

משווים
הם משווים את הספרות שלהם.
mshvvym
hm mshvvym at hsprvt shlhm.
vergelijken
Ze vergelijken hun cijfers.

להציע
האישה מציעה משהו לחברתה.
lhtsy’e
hayshh mtsy’eh mshhv lhbrth.
voorstellen
De vrouw stelt iets voor aan haar vriendin.

מאכילים
הילדים מאכילים את הסוס.
makylym
hyldym makylym at hsvs.
voeden
De kinderen voeden het paard.

לשכנע
היא לעיתים קרובות צריכה לשכנע את בתה לאכול.
lshkn’e
hya l’eytym qrvbvt tsrykh lshkn’e at bth lakvl.
overtuigen
Ze moet haar dochter vaak overtuigen om te eten.

מזמין
המורה שלי מזמין אותי לעיתים קרובות.
mzmyn
hmvrh shly mzmyn avty l’eytym qrvbvt.
aanspreken
Mijn leraar spreekt me vaak aan.

רשם
צריך לרשום את הסיסמה!
rshm
tsryk lrshvm at hsysmh!
opschrijven
Je moet het wachtwoord opschrijven!

לראות
אתה יכול לראות טוב יותר עם משקפיים.
lravt
ath ykvl lravt tvb yvtr ’em mshqpyym.
zien
Je kunt beter zien met een bril.
