Woordenlijst
Leer werkwoorden – Hebreeuws

לחסוך
הילדה חוסכת את כספי הכיס שלה.
lhsvk
hyldh hvskt at kspy hkys shlh.
sparen
Het meisje spaart haar zakgeld.

להוביל
אנו מובילים את האופניים על גג המכונית.
lhvbyl
anv mvbylym at havpnyym ’el gg hmkvnyt.
vervoeren
We vervoeren de fietsen op het dak van de auto.

הטורנדו מחריב
הטורנדו מחריב הרבה בתים.
htvrndv mhryb
htvrndv mhryb hrbh btym.
vernielen
De tornado vernielt veel huizen.

מנקה
היא מנקה את המטבח.
mnqh
hya mnqh at hmtbh.
schoonmaken
Ze maakt de keuken schoon.

מפענח
הוא מפענח את הכתוב הקטן עם מגדלה.
mp’enh
hva mp’enh at hktvb hqtn ’em mgdlh.
ontcijferen
Hij ontcijfert de kleine letters met een vergrootglas.

נוסעת
היא נוסעת ברכב שלה.
nvs’et
hya nvs’et brkb shlh.
wegrijden
Ze rijdt weg in haar auto.

לקבל
אני יכול לקבל אינטרנט מהיר מאוד.
lqbl
any ykvl lqbl ayntrnt mhyr mavd.
ontvangen
Ik kan zeer snel internet ontvangen.

להזכיר
המחשב מזכיר לי את הפגישות שלי.
lhzkyr
hmhshb mzkyr ly at hpgyshvt shly.
herinneren
De computer herinnert me aan mijn afspraken.

להתחיל לרוץ
האתלטית עומדת להתחיל לרוץ.
lhthyl lrvts
hatltyt ’evmdt lhthyl lrvts.
beginnen met rennen
De atleet staat op het punt om te beginnen met rennen.

הסכים
השכנים לא הסכימו על הצבע.
hskym
hshknym la hskymv ’el htsb’e.
eens zijn
De buren konden het niet eens worden over de kleur.

באה
הבריאות באה תמיד בראש ובראשונה!
bah
hbryavt bah tmyd brash vbrashvnh!
voorgaan
Gezondheid gaat altijd voor!
