‫אוצר מילים‬

למד פעלים – הולנדית

cms/verbs-webp/100011930.webp
vertellen
Ze vertelt haar een geheim.
לספר
היא מספרת לה סוד.
cms/verbs-webp/119269664.webp
slagen
De studenten zijn geslaagd voor het examen.
לעבור
התלמידים עברו את המבחן.
cms/verbs-webp/70864457.webp
brengen
De bezorger brengt het eten.
מביא
השליח מביא את האוכל.
cms/verbs-webp/30793025.webp
pronken
Hij pronkt graag met zijn geld.
להתגאות
הוא אוהב להתגאות בכספו.
cms/verbs-webp/119913596.webp
geven
De vader wil zijn zoon wat extra geld geven.
לתת
האבא רוצה לתת לבנו קצת כסף נוסף.
cms/verbs-webp/4553290.webp
binnenkomen
Het schip komt de haven binnen.
נכנסת
הספינה נכנסת לנמל.
cms/verbs-webp/44159270.webp
teruggeven
De leraar geeft de essays terug aan de studenten.
להחזיר
המורה החזירה את המאמרים לתלמידים.
cms/verbs-webp/47737573.webp
geïnteresseerd zijn
Ons kind is erg geïnteresseerd in muziek.
מתעניין
הילד שלנו מתעניין מאוד במוזיקה.
cms/verbs-webp/112407953.webp
luisteren
Ze luistert en hoort een geluid.
להאזין
היא מאזינה ושומעת צליל.
cms/verbs-webp/125400489.webp
verlaten
Toeristen verlaten het strand rond de middag.
עזב
התיירים עוזבים את החוף בצהריים.
cms/verbs-webp/19584241.webp
ter beschikking hebben
Kinderen hebben alleen zakgeld ter beschikking.
ברשותם
לילדים יש רק כסף כיס ברשותם.
cms/verbs-webp/40129244.webp
uitgaan
Ze stapt uit de auto.
יוצאת
היא יוצאת מהמכונית.