‫אוצר מילים‬

למד פעלים – הולנדית

cms/verbs-webp/90821181.webp
verslaan
Hij versloeg zijn tegenstander in tennis.
הביס
הוא הביס את היריב שלו בטניס.
cms/verbs-webp/71991676.webp
achterlaten
Ze hebben hun kind per ongeluk op het station achtergelaten.
השאיר
הם השאירו את הילד שלהם בתחנה בטעות.
cms/verbs-webp/118011740.webp
bouwen
De kinderen bouwen een hoge toren.
בונים
הילדים בונים מגדל גבוה.
cms/verbs-webp/75508285.webp
verheugen
Kinderen verheugen zich altijd op sneeuw.
לצפות
הילדים תמיד מצפים לשלג.
cms/verbs-webp/123786066.webp
drinken
Ze drinkt thee.
שותה
היא שותה תה.
cms/verbs-webp/19584241.webp
ter beschikking hebben
Kinderen hebben alleen zakgeld ter beschikking.
ברשותם
לילדים יש רק כסף כיס ברשותם.
cms/verbs-webp/17624512.webp
wennen aan
Kinderen moeten wennen aan het tandenpoetsen.
להתרגל
לילדים צריך להתרגל לשפשף את השיניים.
cms/verbs-webp/92384853.webp
geschikt zijn
Het pad is niet geschikt voor fietsers.
אינו מתאים
השביל אינו מתאים לאופניים.
cms/verbs-webp/102304863.webp
schoppen
Pas op, het paard kan schoppen!
לבעוט
היזהר, הסוס יכול לבעוט!
cms/verbs-webp/124046652.webp
voorgaan
Gezondheid gaat altijd voor!
באה
הבריאות באה תמיד בראש ובראשונה!
cms/verbs-webp/108286904.webp
drinken
De koeien drinken water uit de rivier.
שותות
הפרות שותות מים מהנהר.
cms/verbs-webp/58292283.webp
eisen
Hij eist compensatie.
דורש
הוא דורש פיצוי.