‫אוצר מילים‬

למד פעלים – הולנדית

cms/verbs-webp/108580022.webp
terugkeren
De vader is teruggekeerd uit de oorlog.
לחזור
האב חזר מהמלחמה.
cms/verbs-webp/84943303.webp
zich bevinden
Er bevindt zich een parel in de schelp.
ממוקמת
פנינה ממוקמת בתוך הצדפה.
cms/verbs-webp/125376841.webp
bekijken
Op vakantie heb ik veel bezienswaardigheden bekeken.
להסתכל
בחופשה, הסתכלתי על הרבה מצרות.
cms/verbs-webp/120978676.webp
afbranden
Het vuur zal een groot deel van het bos afbranden.
ישרוף
האש תשרוף הרבה מהיער.
cms/verbs-webp/22225381.webp
vertrekken
Het schip vertrekt uit de haven.
יוצא
הספינה יוצאת מהנמל.
cms/verbs-webp/99633900.webp
verkennen
Mensen willen Mars verkennen.
לחקור
האנשים רוצים לחקור את מאדים.
cms/verbs-webp/123953850.webp
redden
De dokters konden zijn leven redden.
להציל
הרופאים הצליחו להציל את חייו.
cms/verbs-webp/111750432.webp
hangen
Ze hangen beide aan een tak.
תלויים
שניים תלויים על ענף.
cms/verbs-webp/71991676.webp
achterlaten
Ze hebben hun kind per ongeluk op het station achtergelaten.
השאיר
הם השאירו את הילד שלהם בתחנה בטעות.
cms/verbs-webp/119913596.webp
geven
De vader wil zijn zoon wat extra geld geven.
לתת
האבא רוצה לתת לבנו קצת כסף נוסף.
cms/verbs-webp/112444566.webp
praten met
Iemand zou met hem moeten praten; hij is zo eenzaam.
לדבר אל
מישהו צריך לדבר איתו; הוא כל כך בודד.
cms/verbs-webp/44518719.webp
bewandelen
Dit pad mag niet bewandeld worden.
הלך
אסור להלך בדרך הזו.