‫אוצר מילים‬

למד פעלים – הולנדית

cms/verbs-webp/121102980.webp
meerijden
Mag ik met je meerijden?
להצטרף
אפשר להצטרף אליך בנסיעה?
cms/verbs-webp/119913596.webp
geven
De vader wil zijn zoon wat extra geld geven.
לתת
האבא רוצה לתת לבנו קצת כסף נוסף.
cms/verbs-webp/125376841.webp
bekijken
Op vakantie heb ik veel bezienswaardigheden bekeken.
להסתכל
בחופשה, הסתכלתי על הרבה מצרות.
cms/verbs-webp/110322800.webp
kwaadspreken
De klasgenoten spreken kwaad over haar.
לדבר רע
הכיתה מדברת רע עליה.
cms/verbs-webp/99769691.webp
voorbijgaan
De trein gaat aan ons voorbij.
לעבור
הרכבת עוברת לידנו.
cms/verbs-webp/96628863.webp
sparen
Het meisje spaart haar zakgeld.
לחסוך
הילדה חוסכת את כספי הכיס שלה.
cms/verbs-webp/118064351.webp
vermijden
Hij moet noten vermijden.
להימנע
הוא צריך להימנע מאגוזים.
cms/verbs-webp/106608640.webp
gebruiken
Zelfs kleine kinderen gebruiken tablets.
משתמש
גם ילדים קטנים משתמשים בטאבלטים.
cms/verbs-webp/46998479.webp
bespreken
Ze bespreken hun plannen.
מדונים
הם מדונים בתוכניותיהם.
cms/verbs-webp/6307854.webp
naar je toekomen
Het geluk komt naar je toe.
באה
המזל בא אליך.
cms/verbs-webp/105875674.webp
schoppen
In vechtsporten moet je goed kunnen schoppen.
לבעוט
באומנויות הלחימה, אתה חייב לדעת לבעוט היטב.
cms/verbs-webp/80332176.webp
onderstrepen
Hij onderstreepte zijn uitspraak.
להדגיש
הוא הדגיש את ההצהרה שלו.