אוצר מילים
למד פעלים – הולנדית

geschikt zijn
Het pad is niet geschikt voor fietsers.
אינו מתאים
השביל אינו מתאים לאופניים.

trainen
Professionele atleten moeten elke dag trainen.
להתאמן
האתלטים המקצועיים צריכים להתאמן כל יום.

spreken
Hij spreekt tot zijn publiek.
לדבר
הוא מדבר לקהל שלו.

terugkeren
De vader is teruggekeerd uit de oorlog.
לחזור
האב חזר מהמלחמה.

veroorzaken
Alcohol kan hoofdpijn veroorzaken.
גורם
האלכוהול יכול לגרום לכאבי ראש.

brengen
De koerier brengt een pakketje.
מביא
השליח מביא חבילה.

luisteren naar
De kinderen luisteren graag naar haar verhalen.
להאזין
הילדים אוהבים להאזין לסיפוריה.

zich bevinden
Er bevindt zich een parel in de schelp.
ממוקמת
פנינה ממוקמת בתוך הצדפה.

langskomen
De artsen komen elke dag bij de patiënt langs.
לבקר
הרופאים מבקרים את החולה כל יום.

rondrijden
De auto’s rijden in een cirkel rond.
נוסעים
המכוניות נוסעות במעגל.

weglopen
Onze kat is weggelopen.
לברוח
החתול שלנו ברח.
