Woordenlijst

Leer bijwoorden – Italiaans

cms/adverbs-webp/38720387.webp
giù
Lei salta giù nell‘acqua.
naar beneden
Ze springt naar beneden in het water.
cms/adverbs-webp/23025866.webp
tutto il giorno
La madre deve lavorare tutto il giorno.
de hele dag
De moeder moet de hele dag werken.
cms/adverbs-webp/164633476.webp
di nuovo
Si sono incontrati di nuovo.
opnieuw
Ze ontmoetten elkaar opnieuw.
cms/adverbs-webp/7659833.webp
gratuitamente
L‘energia solare è gratuita.
gratis
Zonne-energie is gratis.
cms/adverbs-webp/176340276.webp
quasi
È quasi mezzanotte.
bijna
Het is bijna middernacht.
cms/adverbs-webp/132510111.webp
di notte
La luna brilla di notte.
‘s nachts
De maan schijnt ‘s nachts.
cms/adverbs-webp/46438183.webp
prima
Era più grassa prima di ora.
voor
Ze was voorheen dikker dan nu.
cms/adverbs-webp/174985671.webp
quasi
Il serbatoio è quasi vuoto.
bijna
De tank is bijna leeg.
cms/adverbs-webp/155080149.webp
perché
I bambini vogliono sapere perché tutto è come è.
waarom
Kinderen willen weten waarom alles is zoals het is.
cms/adverbs-webp/138692385.webp
da qualche parte
Un coniglio si è nascosto da qualche parte.
ergens
Een konijn heeft zich ergens verstopt.
cms/adverbs-webp/76773039.webp
troppo
Il lavoro sta diventando troppo per me.
te veel
Het werk wordt me te veel.
cms/adverbs-webp/162590515.webp
abbastanza
Vuole dormire e ha avuto abbastanza del rumore.
genoeg
Ze wil slapen en heeft genoeg van het lawaai.