Woordenlijst
Leer bijwoorden – Koreaans

많이
나는 실제로 많이 읽습니다.
manh-i
naneun siljelo manh-i ilgseubnida.
veel
Ik lees inderdaad veel.

너무 많이
그는 항상 너무 많이 일했습니다.
neomu manh-i
geuneun hangsang neomu manh-i ilhaessseubnida.
te veel
Hij heeft altijd te veel gewerkt.

어제
어제는 비가 많이 왔습니다.
eoje
eojeneun biga manh-i wassseubnida.
gisteren
Het regende hard gisteren.

오래
대기실에서 오래 기다려야 했습니다.
olae
daegisil-eseo olae gidalyeoya haessseubnida.
lang
Ik moest lang in de wachtkamer wachten.

위에
그는 지붕에 올라가서 그 위에 앉습니다.
wie
geuneun jibung-e ollagaseo geu wie anjseubnida.
erop
Hij klimt op het dak en zit erop.

결코
결코 신발을 신고 침대에 들어가지 마세요!
gyeolko
gyeolko sinbal-eul singo chimdaee deul-eogaji maseyo!
nooit
Ga nooit met schoenen aan naar bed!

너무 많이
일이 점점 나에게 너무 많아져요.
neomu manh-i
il-i jeomjeom na-ege neomu manh-ajyeoyo.
te veel
Het werk wordt me te veel.

거기
목표는 거기에 있습니다.
geogi
mogpyoneun geogie issseubnida.
daar
Het doel is daar.

아래로
그녀는 물 속으로 아래로 점프합니다.
alaelo
geunyeoneun mul sog-eulo alaelo jeompeuhabnida.
naar beneden
Ze springt naar beneden in het water.

지금
지금 그에게 전화해야 합니까?
jigeum
jigeum geuege jeonhwahaeya habnikka?
nu
Moet ik hem nu bellen?

종일
어머니는 종일 일해야 합니다.
jong-il
eomeonineun jong-il ilhaeya habnida.
de hele dag
De moeder moet de hele dag werken.
