어휘
부사 배우기 – 네덜란드어

links
Aan de linkerkant zie je een schip.
왼쪽에
왼쪽에 배를 볼 수 있습니다.

weg
Hij draagt de prooi weg.
멀리
그는 먹이를 멀리 가져갑니다.

een beetje
Ik wil een beetje meer.
조금
나는 조금 더 원해요.

ooit
Heb je ooit al je geld aan aandelen verloren?
이전에
당신은 이전에 주식에서 모든 돈을 잃어본 적이 있나요?

nu
Moet ik hem nu bellen?
지금
지금 그에게 전화해야 합니까?

bijna
Het is bijna middernacht.
거의
거의 자정이다.

morgen
Niemand weet wat morgen zal zijn.
내일
내일 무슨 일이 일어날지 아무도 모릅니다.

erg
Het kind is erg hongerig.
매우
그 아이는 매우 배고프다.

daar
Ga daarheen, vraag dan opnieuw.
저기
저기로 가서 다시 물어봐.

nergens
Deze sporen leiden naar nergens.
어디로도
이 길은 어디로도 통하지 않는다.

buiten
We eten vandaag buiten.
밖에서
오늘은 밖에서 식사한다.
