Lug’at

Zarflarni o’rganing – Dutch

cms/adverbs-webp/138692385.webp
ergens
Een konijn heeft zich ergens verstopt.
biror joyda
Qoyning biror joyda yashirgan.
cms/adverbs-webp/172832880.webp
erg
Het kind is erg hongerig.
juda
Bolajon juda och.
cms/adverbs-webp/174985671.webp
bijna
De tank is bijna leeg.
deyarli
Boshqaymoq deyarli bo‘sh.
cms/adverbs-webp/38720387.webp
naar beneden
Ze springt naar beneden in het water.
pastga
U suvga pastga sakradi.
cms/adverbs-webp/145004279.webp
nergens
Deze sporen leiden naar nergens.
hech qayerga
Ushbu izlar hech qayerga olib borishmaydi.
cms/adverbs-webp/170728690.webp
alleen
Ik geniet van de avond helemaal alleen.
yalang‘och
Men kechani yalang‘och ravishda dam olaman.
cms/adverbs-webp/178519196.webp
‘s morgens
Ik moet vroeg opstaan ‘s morgens.
ertalab
Men ertalab tez turishim kerak.
cms/adverbs-webp/176235848.webp
in
De twee komen binnen.
ichida
Ikki kishi ichkariga kiryapti.
cms/adverbs-webp/118228277.webp
uit
Hij zou graag uit de gevangenis willen komen.
tashqariga
U tashqariga chiqmoqchi.
cms/adverbs-webp/111290590.webp
even
Deze mensen zijn verschillend, maar even optimistisch!
shunday
Ushbu odamlar farq qiladi, ammo shunday umidvor!
cms/adverbs-webp/23025866.webp
de hele dag
De moeder moet de hele dag werken.
kun bo‘yi
Ona kun bo‘yi ishlash kerak.
cms/adverbs-webp/176427272.webp
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.
pastga
U yuqoridan pastga tushmoqda.