Woordenlijst

Ests – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/81986237.webp
mengen
Ze mengt een vruchtensap.
cms/verbs-webp/128644230.webp
vernieuwen
De schilder wil de muurkleur vernieuwen.
cms/verbs-webp/102823465.webp
tonen
Ik kan een visum in mijn paspoort tonen.
cms/verbs-webp/59250506.webp
aanbieden
Ze bood aan de bloemen water te geven.
cms/verbs-webp/122290319.webp
opzij zetten
Ik wil elke maand wat geld opzij zetten voor later.
cms/verbs-webp/109766229.webp
voelen
Hij voelt zich vaak alleen.
cms/verbs-webp/27564235.webp
werken aan
Hij moet aan al deze bestanden werken.
cms/verbs-webp/46565207.webp
bereiden
Ze bereidde hem groot plezier.
cms/verbs-webp/114272921.webp
drijven
De cowboys drijven het vee met paarden.
cms/verbs-webp/116835795.webp
aankomen
Veel mensen komen op vakantie met een camper aan.
cms/verbs-webp/61245658.webp
uitspringen
De vis springt uit het water.
cms/verbs-webp/49853662.webp
schrijven op
De kunstenaars hebben op de hele muur geschreven.