Woordenlijst

Arabisch – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/119913596.webp
geven
De vader wil zijn zoon wat extra geld geven.
cms/verbs-webp/97593982.webp
bereiden
Er wordt een heerlijk ontbijt bereid!
cms/verbs-webp/128782889.webp
verbazen
Ze was verbaasd toen ze het nieuws ontving.
cms/verbs-webp/109542274.webp
doorlaten
Moeten vluchtelingen aan de grenzen worden doorgelaten?
cms/verbs-webp/115847180.webp
helpen
Iedereen helpt de tent opzetten.
cms/verbs-webp/90554206.webp
melden
Ze meldt het schandaal aan haar vriendin.
cms/verbs-webp/103719050.webp
ontwikkelen
Ze ontwikkelen een nieuwe strategie.
cms/verbs-webp/96061755.webp
bedienen
De chef bedient ons vandaag zelf.
cms/verbs-webp/71991676.webp
achterlaten
Ze hebben hun kind per ongeluk op het station achtergelaten.
cms/verbs-webp/108295710.webp
spellen
De kinderen leren spellen.
cms/verbs-webp/125116470.webp
vertrouwen
We vertrouwen elkaar allemaal.
cms/verbs-webp/101709371.webp
produceren
Men kan goedkoper produceren met robots.