Woordenlijst

Leer bijwoorden – Litouws

cms/adverbs-webp/176427272.webp
žemyn
Jis krinta žemyn iš viršaus.
naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.
cms/adverbs-webp/133226973.webp
tik
Ji tik atsibudo.
net
Ze is net wakker geworden.
cms/adverbs-webp/75164594.webp
dažnai
Tornadai nėra dažnai matomi.
vaak
Tornado‘s worden niet vaak gezien.
cms/adverbs-webp/135007403.webp
į
Ar jis eina į vidų ar į lauką?
in
Gaat hij naar binnen of naar buiten?
cms/adverbs-webp/164633476.webp
vėl
Jie susitiko vėl.
opnieuw
Ze ontmoetten elkaar opnieuw.
cms/adverbs-webp/154535502.webp
greitai
Čia greitai bus atidarytas komercinis pastatas.
binnenkort
Hier wordt binnenkort een commercieel gebouw geopend.
cms/adverbs-webp/22328185.webp
šiek tiek
Noriu šiek tiek daugiau.
een beetje
Ik wil een beetje meer.
cms/adverbs-webp/132510111.webp
naktį
Mėnulis šviečia naktį.
‘s nachts
De maan schijnt ‘s nachts.
cms/adverbs-webp/57457259.webp
lauke
Sergantis vaikas negali eiti laukan.
buiten
Het zieke kind mag niet naar buiten.
cms/adverbs-webp/29115148.webp
tačiau
Namai maži, tačiau romantiški.
maar
Het huis is klein maar romantisch.