Vortprovizo

Lernu Verbojn – nederlanda

cms/verbs-webp/123237946.webp
gebeuren
Hier is een ongeluk gebeurd.
okazi
Akcidento okazis ĉi tie.
cms/verbs-webp/114091499.webp
trainen
De hond wordt door haar getraind.
dresi
La hundo estas dresita de ŝi.
cms/verbs-webp/94312776.webp
weggeven
Ze geeft haar hart weg.
doni for
Ŝi donas for sian koron.
cms/verbs-webp/74908730.webp
veroorzaken
Te veel mensen veroorzaken snel chaos.
kaŭzi
Tro da homoj rapide kaŭzas ĥaoson.
cms/verbs-webp/108286904.webp
drinken
De koeien drinken water uit de rivier.
trinki
La bovoj trinkas akvon el la rivero.
cms/verbs-webp/30793025.webp
pronken
Hij pronkt graag met zijn geld.
montriĝi
Li ŝatas montriĝi per sia mono.
cms/verbs-webp/68435277.webp
komen
Ik ben blij dat je bent gekomen!
veni
Mi ĝojas ke vi venis!
cms/verbs-webp/117284953.webp
uitzoeken
Ze zoekt een nieuwe zonnebril uit.
elekti
Ŝi elektas novan paron da sunokulvitroj.
cms/verbs-webp/102304863.webp
schoppen
Pas op, het paard kan schoppen!
bati
Atentu, la ĉevalo povas bati!
cms/verbs-webp/853759.webp
uitverkopen
De koopwaar wordt uitverkocht.
elforvendi
La varoj estas elforvendataj.
cms/verbs-webp/125116470.webp
vertrouwen
We vertrouwen elkaar allemaal.
fidi
Ni ĉiuj fidias unu la alian.
cms/verbs-webp/73880931.webp
schoonmaken
De werker maakt het raam schoon.
purigi
La laboristo purigas la fenestron.