Vortprovizo
Lernu Verbojn – nederlanda

zoeken naar
De politie zoekt naar de dader.
serĉi
La polico serĉas la kulpulon.

rijden
Ze rijden zo snel als ze kunnen.
rajdi
Ili rajdas kiel eble plej rapide.

begeleiden
De hond begeleidt hen.
akompani
La hundo ilin akompanas.

sprakeloos maken
De verrassing maakt haar sprakeloos.
surprizi
La surprizo ŝin silentigas.

controleren
De tandarts controleert het gebit van de patiënt.
kontroli
La dentisto kontrolas la pacientan dentaron.

haten
De twee jongens haten elkaar.
malami
La du knaboj malamas unu la alian.

moeten gaan
Ik heb dringend vakantie nodig; ik moet gaan!
bezoni
Mi urĝe bezonas ferion; mi devas iri!

stoppen
Ik wil nu stoppen met roken!
rezigni
Mi volas rezigni pri fumado ekde nun!

bewandelen
Dit pad mag niet bewandeld worden.
marŝi
Ĉi tiu vojo ne rajtas esti marŝita.

vervoeren
We vervoeren de fietsen op het dak van de auto.
transporti
Ni transportas la biciklojn sur la tegmento de la aŭto.

stoppen
De vrouw stopt een auto.
haltigi
La virino haltigas aŭton.
