Vortprovizo

Lernu Verbojn – nederlanda

cms/verbs-webp/60395424.webp
rondspringen
Het kind springt vrolijk in het rond.
saltadi
La infano ĝoje saltadas.
cms/verbs-webp/110045269.webp
voltooien
Hij voltooit elke dag zijn jogroute.
kompletigi
Li kompletigas sian ĵogadon ĉiutage.
cms/verbs-webp/129300323.webp
aanraken
De boer raakt zijn planten aan.
tuŝi
La farmisto tuŝas siajn plantojn.
cms/verbs-webp/57207671.webp
accepteren
Ik kan dat niet veranderen, ik moet het accepteren.
akcepti
Mi ne povas ŝanĝi tion, mi devas akcepti ĝin.
cms/verbs-webp/101890902.webp
produceren
We produceren onze eigen honing.
produkti
Ni produktas nian propran mielon.
cms/verbs-webp/128644230.webp
vernieuwen
De schilder wil de muurkleur vernieuwen.
renovigi
La pentristo volas renovigi la murkoloron.
cms/verbs-webp/122638846.webp
sprakeloos maken
De verrassing maakt haar sprakeloos.
surprizi
La surprizo ŝin silentigas.
cms/verbs-webp/100634207.webp
uitleggen
Ze legt hem uit hoe het apparaat werkt.
klarigi
Ŝi klarigas al li kiel la aparato funkcias.
cms/verbs-webp/111021565.webp
walgen van
Ze walgde van spinnen.
malplaĉi
Al ŝi malplaĉas araneoj.
cms/verbs-webp/42111567.webp
een fout maken
Denk goed na zodat je geen fout maakt!
erari
Pripensu zorge por ke vi ne eraru!
cms/verbs-webp/92145325.webp
kijken
Ze kijkt door een gat.
rigardi
Ŝi rigardas tra truo.
cms/verbs-webp/117421852.webp
vrienden worden
De twee zijn vrienden geworden.
amikiĝi
La du amikiĝis.