Woordeskat

Leer Werkwoorde – Nederlands

cms/verbs-webp/100649547.webp
aannemen
De sollicitant werd aangenomen.
aanstel
Die aansoeker is aangestel.
cms/verbs-webp/107407348.webp
rondreizen
Ik heb veel rond de wereld gereisd.
rondreis
Ek het baie rond die wêreld gereis.
cms/verbs-webp/100011426.webp
beïnvloeden
Laat je niet door anderen beïnvloeden!
beïnvloed
Laat jouself nie deur ander beïnvloed nie!
cms/verbs-webp/124740761.webp
stoppen
De vrouw stopt een auto.
stop
Die vrou stop ’n kar.
cms/verbs-webp/129403875.webp
rinkelen
De bel rinkelt elke dag.
lui
Die klok lui elke dag.
cms/verbs-webp/53284806.webp
out-of-the-box denken
Om succesvol te zijn, moet je soms out-of-the-box denken.
buite die boks dink
Om suksesvol te wees, moet jy soms buite die boks dink.
cms/verbs-webp/121180353.webp
verliezen
Wacht, je hebt je portemonnee verloren!
verloor
Wag, jy het jou beursie verloor!
cms/verbs-webp/113316795.webp
inloggen
Je moet inloggen met je wachtwoord.
aanteken
Jy moet met jou wagwoord aanteken.
cms/verbs-webp/99633900.webp
verkennen
Mensen willen Mars verkennen.
verken
Mense wil Mars verken.
cms/verbs-webp/120128475.webp
denken
Ze moet altijd aan hem denken.
dink
Sy moet altyd aan hom dink.
cms/verbs-webp/81236678.webp
missen
Ze heeft een belangrijke afspraak gemist.
mis
Sy het ’n belangrike afspraak gemis.
cms/verbs-webp/853759.webp
uitverkopen
De koopwaar wordt uitverkocht.
verkoop
Die koopwaar word uitverkoop.