Woordenlijst

об‘єднуватися

Гарно, коли двоє об‘єднуються.

ob‘yednuvatysya

Harno, koly dvoye ob‘yednuyutʹsya.

samenkomen

Het is fijn als twee mensen samenkomen.

вчитися

У моєму університеті навчається багато жінок.

vchytysya

U moyemu universyteti navchayetʹsya bahato zhinok.

studeren

Er studeren veel vrouwen aan mijn universiteit.

перемагати

Він намагається перемогти в шахах.

peremahaty

Vin namahayetʹsya peremohty v shakhakh.

winnen

Hij probeert te winnen met schaken.

ступати

Я не можу ступити на цю ногу.

stupaty

YA ne mozhu stupyty na tsyu nohu.

stappen op

Ik kan met deze voet niet op de grond stappen.

пропускати

Вона пропустила важливу зустріч.

propuskaty

Vona propustyla vazhlyvu zustrich.

missen

Ze heeft een belangrijke afspraak gemist.

малювати

Він малює стіну на біло.

malyuvaty

Vin malyuye stinu na bilo.

schilderen

Hij schildert de muur wit.

проходити

Чи може кіт проходити крізь цю дірку?

prokhodyty

Chy mozhe kit prokhodyty krizʹ tsyu dirku?

doorgaan

Kan de kat door dit gat gaan?

висловлюватися

Хто знає щось, може висловитися в класі.

vyslovlyuvatysya

Khto znaye shchosʹ, mozhe vyslovytysya v klasi.

opmerken

Wie iets weet, mag in de klas opmerken.

помирати

Багато людей помирає у фільмах.

pomyraty

Bahato lyudey pomyraye u filʹmakh.

sterven

Veel mensen sterven in films.

вибігати

Вона вибігла у нових черевиках.

vybihaty

Vona vybihla u novykh cherevykakh.

naar buiten rennen

Ze rent met de nieuwe schoenen naar buiten.

накривати

Вона накрила хліб сиром.

nakryvaty

Vona nakryla khlib syrom.

bedekken

Ze heeft het brood met kaas bedekt.

доставляти

Наша донька розносить газети під час канікул.

dostavlyaty

Nasha donʹka roznosytʹ hazety pid chas kanikul.

bezorgen

Onze dochter bezorgt kranten tijdens de vakantie.