‫אוצר מילים‬

למד פעלים – הולנדית

cms/verbs-webp/19584241.webp
ter beschikking hebben
Kinderen hebben alleen zakgeld ter beschikking.
ברשותם
לילדים יש רק כסף כיס ברשותם.
cms/verbs-webp/108991637.webp
vermijden
Ze vermijdt haar collega.
מתחמקת
היא מתחמקת מהעובד שלה.
cms/verbs-webp/61806771.webp
brengen
De koerier brengt een pakketje.
מביא
השליח מביא חבילה.
cms/verbs-webp/95190323.webp
stemmen
Men stemt voor of tegen een kandidaat.
מצביע
אחד מצביע בעד או נגד מועמד.
cms/verbs-webp/33688289.webp
binnenlaten
Men moet nooit vreemden binnenlaten.
הכניס
לעולם לא כדאי להכניס זרים.
cms/verbs-webp/10206394.webp
verdragen
Ze kan de pijn nauwelijks verdragen!
נושאת
היא בקושי נושאת את הכאב!
cms/verbs-webp/108218979.webp
moeten
Hij moet hier uitstappen.
להכריח
הוא חייב לרדת כאן.
cms/verbs-webp/86710576.webp
vertrekken
Onze vakantiegasten vertrokken gisteren.
יצאו
אורחינו החופשיים יצאו אתמול.
cms/verbs-webp/116877927.webp
inrichten
Mijn dochter wil haar appartement inrichten.
להקים
הבת שלי רוצה להקים את הדירה שלה.
cms/verbs-webp/102049516.webp
verlaten
De man vertrekt.
עזב
האיש עוזב.
cms/verbs-webp/99769691.webp
voorbijgaan
De trein gaat aan ons voorbij.
לעבור
הרכבת עוברת לידנו.
cms/verbs-webp/63457415.webp
vereenvoudigen
Je moet ingewikkelde dingen voor kinderen vereenvoudigen.
לפשט
צריך לפשט דברים מורכבים לילדים.