Slovník

Naučte se slovesa – holandština

cms/verbs-webp/57481685.webp
overdoen
De student heeft een jaar overgedaan.
opakovat
Student opakoval rok.
cms/verbs-webp/103232609.webp
tentoonstellen
Hier wordt moderne kunst tentoongesteld.
vystavovat
Zde je vystavováno moderní umění.
cms/verbs-webp/120870752.webp
trekken
Hoe gaat hij die grote vis eruit trekken?
vytáhnout
Jak chce vytáhnout tu velkou rybu?
cms/verbs-webp/120259827.webp
bekritiseren
De baas bekritiseert de werknemer.
kritizovat
Šéf kritizuje zaměstnance.
cms/verbs-webp/92384853.webp
geschikt zijn
Het pad is niet geschikt voor fietsers.
hodit se
Cesta není vhodná pro cyklisty.
cms/verbs-webp/73649332.webp
schreeuwen
Als je gehoord wilt worden, moet je je boodschap luid schreeuwen.
křičet
Chcete-li být slyšeni, musíte křičet svou zprávu nahlas.
cms/verbs-webp/113842119.webp
voorbijgaan
De middeleeuwse periode is voorbijgegaan.
uplynout
Středověký období již uplynulo.
cms/verbs-webp/49585460.webp
terechtkomen
Hoe zijn we in deze situatie terechtgekomen?
ocitnout se
Jak jsme se ocitli v této situaci?
cms/verbs-webp/70055731.webp
vertrekken
De trein vertrekt.
odjet
Vlak odjíždí.
cms/verbs-webp/55372178.webp
vooruitgang boeken
Slakken boeken alleen langzame vooruitgang.
postoupit
Šneci postupují jen pomalu.
cms/verbs-webp/118826642.webp
uitleggen
Opa legt de wereld uit aan zijn kleinzoon.
vysvětlit
Dědeček vnukovi vysvětluje svět.
cms/verbs-webp/100585293.webp
omdraaien
Je moet hier de auto omdraaien.
otočit se
Musíte tady otočit auto.