Slovník

Naučte se slovesa – holandština

cms/verbs-webp/99725221.webp
liegen
Soms moet men liegen in een noodsituatie.
lhát
Někdy člověk musí lhát v nouzové situaci.
cms/verbs-webp/127720613.webp
missen
Hij mist zijn vriendin erg.
stýskat se
Hodně se mu po jeho přítelkyni stýská.
cms/verbs-webp/859238.webp
uitoefenen
Ze oefent een ongewoon beroep uit.
vykonávat
Vykonává neobvyklé povolání.
cms/verbs-webp/93697965.webp
rondrijden
De auto’s rijden in een cirkel rond.
jezdit kolem
Auta jezdí kolem v kruhu.
cms/verbs-webp/66441956.webp
opschrijven
Je moet het wachtwoord opschrijven!
zapsat
Musíte si zapsat heslo!
cms/verbs-webp/30314729.webp
stoppen
Ik wil nu stoppen met roken!
přestat
Chci přestat kouřit od teď!
cms/verbs-webp/106591766.webp
genoeg zijn
Een salade is voor mij genoeg voor de lunch.
stačit
Salát mi na oběd stačí.
cms/verbs-webp/118596482.webp
zoeken
Ik zoek paddenstoelen in de herfst.
hledat
Na podzim hledám houby.
cms/verbs-webp/41019722.webp
naar huis rijden
Na het winkelen rijden de twee naar huis.
dovézt
Po nákupu oba dovezou domů.
cms/verbs-webp/61280800.webp
beheersen
Ik kan niet te veel geld uitgeven; ik moet me beheersen.
omezit se
Nemohu utratit příliš mnoho peněz; musím se omezit.
cms/verbs-webp/47969540.webp
blind worden
De man met de badges is blind geworden.
oslepnout
Muž s odznaky oslepl.
cms/verbs-webp/38296612.webp
bestaan
Dinosaurussen bestaan tegenwoordig niet meer.
existovat
Dinosauři dnes již neexistují.