Woordenlijst

Malayalam – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/111750432.webp
hangen
Ze hangen beide aan een tak.
cms/verbs-webp/93393807.webp
gebeuren
Vreemde dingen gebeuren in dromen.
cms/verbs-webp/75423712.webp
veranderen
Het licht veranderde in groen.
cms/verbs-webp/109542274.webp
doorlaten
Moeten vluchtelingen aan de grenzen worden doorgelaten?
cms/verbs-webp/119335162.webp
bewegen
Het is gezond om veel te bewegen.
cms/verbs-webp/58993404.webp
naar huis gaan
Hij gaat na het werk naar huis.
cms/verbs-webp/118483894.webp
genieten
Ze geniet van het leven.
cms/verbs-webp/102631405.webp
vergeten
Ze wil het verleden niet vergeten.
cms/verbs-webp/130770778.webp
reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.
cms/verbs-webp/124053323.webp
sturen
Hij stuurt een brief.
cms/verbs-webp/108991637.webp
vermijden
Ze vermijdt haar collega.
cms/verbs-webp/115113805.webp
kletsen
Ze kletsen met elkaar.