Woordenlijst

подчеркивать

Он подчеркнул свое утверждение.

podcherkivat‘

On podcherknul svoye utverzhdeniye.

onderstrepen

Hij onderstreepte zijn uitspraak.

мыть

Мне не нравится мыть посуду.

myt‘

Mne ne nravitsya myt‘ posudu.

afwassen

Ik hou niet van afwassen.

обновлять

В наши дни вам нужно постоянно обновлять свои знания.

obnovlyat‘

V nashi dni vam nuzhno postoyanno obnovlyat‘ svoi znaniya.

updaten

Tegenwoordig moet je je kennis voortdurend updaten.

готовить

Она готовит торт.

gotovit‘

Ona gotovit tort.

bereiden

Ze bereidt een taart.

находить снова

Я не мог найти свой паспорт после переезда.

nakhodit‘ snova

YA ne mog nayti svoy pasport posle pereyezda.

terugvinden

Na de verhuizing kon ik mijn paspoort niet meer terugvinden.

поехать с кем-то

Могу я поехать с вами?

poyekhat‘ s kem-to

Mogu ya poyekhat‘ s vami?

meerijden

Mag ik met je meerijden?

тянуть

Он тянет сани.

tyanut‘

On tyanet sani.

trekken

Hij trekt de slee.

радовать

Эта цель радует немецких болельщиков футбола.

radovat‘

Eta tsel‘ raduyet nemetskikh bolel‘shchikov futbola.

verheugen

Het doelpunt verheugt de Duitse voetbalfans.

болтать

Они болтают друг с другом.

boltat‘

Oni boltayut drug s drugom.

kletsen

Ze kletsen met elkaar.

ударять

Они любят ударять, но только в настольном футболе.

udaryat‘

Oni lyubyat udaryat‘, no tol‘ko v nastol‘nom futbole.

schoppen

Ze schoppen graag, maar alleen bij tafelvoetbal.

возвращаться

Он не может вернуться один.

vozvrashchat‘sya

On ne mozhet vernut‘sya odin.

teruggaan

Hij kan niet alleen teruggaan.

оставлять

Хозяева оставляют своих собак мне на прогулку.

ostavlyat‘

Khozyayeva ostavlyayut svoikh sobak mne na progulku.

overlaten

De eigenaren laten hun honden aan mij over voor een wandeling.