Woordenlijst

ударять

В боевых искусствах вы должны уметь хорошо ударять.

udaryat‘

V boyevykh iskusstvakh vy dolzhny umet‘ khorosho udaryat‘.

schoppen

In vechtsporten moet je goed kunnen schoppen.

руководить

Ему нравится руководить командой.

rukovodit‘

Yemu nravitsya rukovodit‘ komandoy.

leiden

Hij leidt graag een team.

объяснять

Дедушка объясняет миру своего внука.

ob“yasnyat‘

Dedushka ob“yasnyayet miru svoyego vnuka.

uitleggen

Opa legt de wereld uit aan zijn kleinzoon.

собирать

Языковой курс объединяет студентов со всего мира.

sobirat‘

YAzykovoy kurs ob“yedinyayet studentov so vsego mira.

samenbrengen

De taalcursus brengt studenten van over de hele wereld samen.

облагать налогом

Компании облагаются налогами различными способами.

oblagat‘ nalogom

Kompanii oblagayutsya nalogami razlichnymi sposobami.

belasten

Bedrijven worden op verschillende manieren belast.

красить

Автомобиль красят в синий цвет.

krasit‘

Avtomobil‘ krasyat v siniy tsvet.

schilderen

De auto wordt blauw geschilderd.

трогать

Фермер трогает свои растения.

trogat‘

Fermer trogayet svoi rasteniya.

aanraken

De boer raakt zijn planten aan.

наказывать

Она наказала свою дочь.

nakazyvat‘

Ona nakazala svoyu doch‘.

straffen

Ze strafte haar dochter.

отменить

Договор был отменен.

otmenit‘

Dogovor byl otmenen.

annuleren

Het contract is geannuleerd.

звонить

Колокольчик звонит каждый день.

zvonit‘

Kolokol‘chik zvonit kazhdyy den‘.

rinkelen

De bel rinkelt elke dag.

наступать

Я не могу наступать на землю этой ногой.

nastupat‘

YA ne mogu nastupat‘ na zemlyu etoy nogoy.

stappen op

Ik kan met deze voet niet op de grond stappen.

заглядывать

Докторы каждый день заглядывают к пациенту.

zaglyadyvat‘

Doktory kazhdyy den‘ zaglyadyvayut k patsiyentu.

langskomen

De artsen komen elke dag bij de patiënt langs.