Woordenlijst

Tagalog – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/115207335.webp
openen
De kluis kan worden geopend met de geheime code.
cms/verbs-webp/119847349.webp
horen
Ik kan je niet horen!
cms/verbs-webp/83776307.webp
verhuizen
Mijn neefje gaat verhuizen.
cms/verbs-webp/129403875.webp
rinkelen
De bel rinkelt elke dag.
cms/verbs-webp/123947269.webp
monitoren
Alles wordt hier door camera’s gemonitord.
cms/verbs-webp/132125626.webp
overtuigen
Ze moet haar dochter vaak overtuigen om te eten.
cms/verbs-webp/81986237.webp
mengen
Ze mengt een vruchtensap.
cms/verbs-webp/112444566.webp
praten met
Iemand zou met hem moeten praten; hij is zo eenzaam.
cms/verbs-webp/101556029.webp
weigeren
Het kind weigert zijn eten.
cms/verbs-webp/130770778.webp
reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.
cms/verbs-webp/3270640.webp
achtervolgen
De cowboy achtervolgt de paarden.
cms/verbs-webp/107273862.webp
verbonden zijn
Alle landen op aarde zijn met elkaar verbonden.