Slovník

Naučte se slovesa – holandština

cms/verbs-webp/112444566.webp
praten met
Iemand zou met hem moeten praten; hij is zo eenzaam.
mluvit s
S ním by měl někdo mluvit; je tak osamělý.
cms/verbs-webp/106997420.webp
onaangeroerd laten
De natuur werd onaangeroerd gelaten.
nechat nedotčený
Příroda byla nechána nedotčená.
cms/verbs-webp/99207030.webp
aankomen
Het vliegtuig is op tijd aangekomen.
dorazit
Letadlo dorazilo včas.
cms/verbs-webp/40946954.webp
sorteren
Hij sorteert graag zijn postzegels.
třídit
Rád třídí své známky.
cms/verbs-webp/92612369.webp
parkeren
De fietsen staan voor het huis geparkeerd.
parkovat
Kola jsou zaparkována před domem.
cms/verbs-webp/121820740.webp
beginnen
De wandelaars begonnen vroeg in de ochtend.
začít
Turisté začali brzy ráno.
cms/verbs-webp/123546660.webp
controleren
De monteur controleert de functies van de auto.
kontrolovat
Mechanik kontroluje funkce auta.
cms/verbs-webp/99392849.webp
verwijderen
Hoe kan men een rode wijnvlek verwijderen?
odstranit
Jak lze odstranit skvrnu od červeného vína?
cms/verbs-webp/53284806.webp
out-of-the-box denken
Om succesvol te zijn, moet je soms out-of-the-box denken.
myslet mimo rámeček
Aby jsi byl úspěšný, musíš občas myslet mimo rámeček.
cms/verbs-webp/106591766.webp
genoeg zijn
Een salade is voor mij genoeg voor de lunch.
stačit
Salát mi na oběd stačí.
cms/verbs-webp/49585460.webp
terechtkomen
Hoe zijn we in deze situatie terechtgekomen?
ocitnout se
Jak jsme se ocitli v této situaci?
cms/verbs-webp/130770778.webp
reizen
Hij reist graag en heeft veel landen gezien.
cestovat
Rád cestuje a viděl mnoho zemí.