Woordeskat
Leer Bywoorde – Nederlands

ook
Haar vriendin is ook dronken.
ook
Haar vriendin is ook dronk.

binnenkort
Hier wordt binnenkort een commercieel gebouw geopend.
binnekort
‘n Kommersiële gebou sal hier binnekort geopen word.

misschien
Ze wil misschien in een ander land wonen.
miskien
Sy wil miskien in ‘n ander land woon.

ook
De hond mag ook aan tafel zitten.
ook
Die hond mag ook aan die tafel sit.

morgen
Niemand weet wat morgen zal zijn.
môre
Niemand weet wat môre sal wees nie.

in
Gaat hij naar binnen of naar buiten?
in
Gaan hy in of uit?

maar
Het huis is klein maar romantisch.
maar
Die huis is klein maar romanties.

‘s morgens
Ik moet vroeg opstaan ‘s morgens.
in die oggend
Ek moet vroeg in die oggend opstaan.

samen
De twee spelen graag samen.
saam
Die twee speel graag saam.

genoeg
Ze wil slapen en heeft genoeg van het lawaai.
genoeg
Sy wil slaap en het genoeg van die geraas.

half
Het glas is half leeg.
half
Die glas is half leeg.
