Woordenlijst

Thai – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/99455547.webp
accepteren
Sommige mensen willen de waarheid niet accepteren.
cms/verbs-webp/100585293.webp
omdraaien
Je moet hier de auto omdraaien.
cms/verbs-webp/67232565.webp
eens zijn
De buren konden het niet eens worden over de kleur.
cms/verbs-webp/122470941.webp
sturen
Ik heb je een bericht gestuurd.
cms/verbs-webp/59121211.webp
bellen
Wie heeft er aan de deurbel gebeld?
cms/verbs-webp/120368888.webp
vertellen
Ze vertelde me een geheim.
cms/verbs-webp/91254822.webp
plukken
Ze plukte een appel.
cms/verbs-webp/132305688.webp
verspillen
Energie mag niet verspild worden.
cms/verbs-webp/68212972.webp
opmerken
Wie iets weet, mag in de klas opmerken.
cms/verbs-webp/106725666.webp
controleren
Hij controleert wie daar woont.
cms/verbs-webp/82378537.webp
weggooien
Deze oude rubberen banden moeten apart worden weggegooid.
cms/verbs-webp/104759694.webp
hopen
Velen hopen op een betere toekomst in Europa.