Vocabolario

Impara i verbi – Olandese

cms/verbs-webp/80427816.webp
corrigeren
De leraar corrigeert de essays van de studenten.
correggere
L’insegnante corregge i temi degli studenti.
cms/verbs-webp/101742573.webp
schilderen
Ze heeft haar handen geschilderd.
dipingere
Lei ha dipinto le sue mani.
cms/verbs-webp/113316795.webp
inloggen
Je moet inloggen met je wachtwoord.
accedere
Devi accedere con la tua password.
cms/verbs-webp/47062117.webp
rondkomen
Ze moet rondkomen met weinig geld.
cavarsela
Lei deve cavarsela con poco denaro.
cms/verbs-webp/100965244.webp
naar beneden kijken
Ze kijkt naar beneden het dal in.
guardare giù
Lei guarda giù nella valle.
cms/verbs-webp/119302514.webp
bellen
Het meisje belt haar vriendin.
chiamare
La ragazza sta chiamando la sua amica.
cms/verbs-webp/859238.webp
uitoefenen
Ze oefent een ongewoon beroep uit.
esercitare
Lei esercita una professione insolita.
cms/verbs-webp/38296612.webp
bestaan
Dinosaurussen bestaan tegenwoordig niet meer.
esistere
I dinosauri non esistono più oggi.
cms/verbs-webp/104820474.webp
klinken
Haar stem klinkt fantastisch.
suonare
La sua voce suona fantastica.
cms/verbs-webp/119895004.webp
schrijven
Hij schrijft een brief.
scrivere
Sta scrivendo una lettera.
cms/verbs-webp/53284806.webp
out-of-the-box denken
Om succesvol te zijn, moet je soms out-of-the-box denken.
pensare fuori dagli schemi
Per avere successo, a volte devi pensare fuori dagli schemi.
cms/verbs-webp/95655547.webp
voor laten
Niemand wil hem voor laten gaan bij de kassa van de supermarkt.
lasciare avanti
Nessuno vuole lasciarlo passare alla cassa del supermercato.