Woordenlijst

Hindi – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/3819016.webp
missen
Hij miste de kans op een doelpunt.
cms/verbs-webp/119913596.webp
geven
De vader wil zijn zoon wat extra geld geven.
cms/verbs-webp/129235808.webp
luisteren
Hij luistert graag naar de buik van zijn zwangere vrouw.
cms/verbs-webp/90287300.webp
rinkelen
Hoor je de bel rinkelen?
cms/verbs-webp/92145325.webp
kijken
Ze kijkt door een gat.
cms/verbs-webp/120624757.webp
wandelen
Hij wandelt graag in het bos.
cms/verbs-webp/123213401.webp
haten
De twee jongens haten elkaar.
cms/verbs-webp/5135607.webp
verhuizen
De buurman verhuist.
cms/verbs-webp/91147324.webp
belonen
Hij werd beloond met een medaille.
cms/verbs-webp/63244437.webp
bedekken
Ze bedekt haar gezicht.
cms/verbs-webp/20225657.webp
vragen
Mijn kleinkind vraagt veel van mij.
cms/verbs-webp/114593953.webp
ontmoeten
Ze ontmoetten elkaar voor het eerst op het internet.