Woordenlijst

Esperanto – Werkwoorden oefenen

cms/verbs-webp/78309507.webp
uitknippen
De vormen moeten worden uitgeknipt.
cms/verbs-webp/95938550.webp
meenemen
We hebben een kerstboom meegenomen.
cms/verbs-webp/110045269.webp
voltooien
Hij voltooit elke dag zijn jogroute.
cms/verbs-webp/122290319.webp
opzij zetten
Ik wil elke maand wat geld opzij zetten voor later.
cms/verbs-webp/82845015.webp
melden
Iedereen aan boord meldt zich bij de kapitein.
cms/verbs-webp/67880049.webp
loslaten
Je mag de grip niet loslaten!
cms/verbs-webp/101158501.webp
bedanken
Hij bedankte haar met bloemen.
cms/verbs-webp/123367774.webp
sorteren
Ik heb nog veel papieren te sorteren.
cms/verbs-webp/93169145.webp
spreken
Hij spreekt tot zijn publiek.
cms/verbs-webp/117890903.webp
antwoorden
Zij antwoordt altijd eerst.
cms/verbs-webp/102631405.webp
vergeten
Ze wil het verleden niet vergeten.
cms/verbs-webp/119188213.webp
stemmen
De kiezers stemmen vandaag over hun toekomst.