어휘

동사를 배우세요 ― 네덜란드어

cms/verbs-webp/129945570.webp
antwoorden
Ze antwoordde met een vraag.
응답하다
그녀는 질문으로 응답했다.
cms/verbs-webp/89084239.webp
verminderen
Ik moet absoluut mijn stookkosten verminderen.
줄이다
나는 반드시 난방 비용을 줄여야 한다.
cms/verbs-webp/102631405.webp
vergeten
Ze wil het verleden niet vergeten.
잊다
그녀는 과거를 잊고 싶지 않다.
cms/verbs-webp/127554899.webp
verkiezen
Onze dochter leest geen boeken; ze verkiest haar telefoon.
선호하다
우리 딸은 책을 읽지 않는다; 그녀는 그녀의 휴대폰을 선호한다.
cms/verbs-webp/123834435.webp
terugnemen
Het apparaat is defect; de winkelier moet het terugnemen.
돌려주다
기기가 불량하다; 소매상이 그것을 돌려받아야 한다.
cms/verbs-webp/67232565.webp
eens zijn
De buren konden het niet eens worden over de kleur.
동의하다
이웃들은 색상에 대해 동의하지 못했다.
cms/verbs-webp/120254624.webp
leiden
Hij leidt graag een team.
이끌다
그는 팀을 이끄는 것을 즐긴다.
cms/verbs-webp/74176286.webp
beschermen
De moeder beschermt haar kind.
보호하다
어머니는 그녀의 아이를 보호한다.
cms/verbs-webp/23258706.webp
optrekken
De helikopter trekt de twee mannen omhoog.
끌어올리다
헬기가 두 명의 남자를 끌어올린다.
cms/verbs-webp/73649332.webp
schreeuwen
Als je gehoord wilt worden, moet je je boodschap luid schreeuwen.
외치다
들리려면 당신의 메시지를 크게 외쳐야 한다.
cms/verbs-webp/10206394.webp
verdragen
Ze kan de pijn nauwelijks verdragen!
견디다
그녀는 그 통증을 거의 견디지 못한다!
cms/verbs-webp/110347738.webp
verheugen
Het doelpunt verheugt de Duitse voetbalfans.
기쁘게 하다
그 골은 독일 축구 팬들을 기쁘게 합니다.