Vocabulario
Aprender verbos – neerlandés

verwijderen
Hoe kan men een rode wijnvlek verwijderen?
quitar
¿Cómo se puede quitar una mancha de vino tinto?

vertrekken
Onze vakantiegasten vertrokken gisteren.
partir
Nuestros invitados de vacaciones partieron ayer.

gebruiken
Zelfs kleine kinderen gebruiken tablets.
usar
Incluso los niños pequeños usan tabletas.

doorlaten
Moeten vluchtelingen aan de grenzen worden doorgelaten?
dejar pasar
¿Deberían dejar pasar a los refugiados en las fronteras?

voorstellen
De vrouw stelt iets voor aan haar vriendin.
sugerir
La mujer sugiere algo a su amiga.

schrijven
Hij schrijft een brief.
escribir
Está escribiendo una carta.

rinkelen
Hoor je de bel rinkelen?
sonar
¿Oyes sonar la campana?

samenkomen
Het is fijn als twee mensen samenkomen.
juntarse
Es bonito cuando dos personas se juntan.

voorstellen
Ze stelt zich elke dag iets nieuws voor.
imaginar
Ella imagina algo nuevo todos los días.

bedanken
Hij bedankte haar met bloemen.
agradecer
Él la agradeció con flores.

luisteren
Hij luistert naar haar.
escuchar
Él la está escuchando.
